Sinterklaasgedichten
 
In het vroege voorjaar, in de tuin die je zo goed kent,
Hoor je plots niet meer de vogels, omdat je zomaar in Egypte bent.
's Zomers in extreme hitte, languit liggend op het strand,
Ril je plotseling heel hevig, nu ben je in de sneeuw beland.
In het najaar als de bladeren vallen en ritselend door ons straatje gaan,
Kun je binnen fantaseren over mannen op de maan.
's Winters als de stormwind loeit, gierend door de kale bomen,
Waan je je in de woestijn. Je zit in een boek weg te dromen.
Elk jaargetijde is geschikt, van de buitenwereld is niets te vrezen,
Als je over een boek beschikt, waar je lekker in kunt lezen.

Volgende gedicht: Sinterklaas, ik wil u wat vragen
Vorige gedicht: Sint en Piet zaten te bedenken

Sinterklaasgedichten | Contact | Meer